Van schimmel tot vlieg: gasten in de moes- en pluktuin
|
Tijd om te lezen 4 min
Na een heel seizoen zaailingen van groenten en bloemen met veel liefde opkweken is ze daar: een hongerige slak. Ze is verlekkerd op de jonge frisse blaadjes van de dahlia's en smult er op los. Of de bladluizen die de jonge toppen van de zaailingen plots koloniseren. Plaagdieren zijn niet altijd fijn in de tuin, maar wel nodig voor het ecologisch evenwicht.
Een ecologisch evenwicht in de tuin
Maar wat is nu dat belangrijk ecologisch evenwicht in de tuin en waarom is het zo belangrijk? Bij een ecologisch evenwicht is er, op lange termijn, een stabiele populatie van allerlei soorten planten en dieren. Is er een gezond ecologisch evenwicht in de tuin, dan is de biodiversiteit vaak ook verzekerd. Een biodiverse tuin is sterker: hij is beter bestand tegen extreme weersomstandigheden en ook tegen ziekten en plagen.
Een belangrijk, zo niet het belangrijkste, voordeel van een tuin in ecologisch evenwicht is de aanwezigheid van natuurlijke hulptroepen. Is er bijvoorbeeld een slakkenplaag in de tuin, maar komen er nooit tuinvogels op bezoek? Dan is de kans groot dat de slakken zich erg snel gaan voortplanten met alle gevolgen van dien. Is er echter ook een populatie tuinvogels aanwezig, dan helpen zij om het aantal slakken onder controle te houden. Een makkelijke tip om toe te passen in de tuin is het planten van zonnebloemen. Als de zonnebloemen uitgebloeid zijn, kan je de bloemhoofdjes laten staan voor de vogels. In het najaar zullen de tuinvogels smullen van de zaden en kan je zo op een simpele manier meer vogels lokken naar de tuin.
De meestvoorkomende plaagdiertjes in de moes- en pluktuin
Bladluizen. Deze kleine insecten prikken en zuigen met hun mondje plantsappen uit de groene delen van de plant. Hierdoor verzwakt de plant en kan ze eventueel sterven. Bladeren kunnen opkrullen als reactie op de bladluis, waardoor de plant op lange termijn vervormt. Ten slotte kunnen bladluizen ook ziektes overbrengen als ze verhuizen naar een andere plant.
Zie je veel mieren op en rond de plant? Dan is de kans groot dat er ook bladluizen aanwezig zijn. Bladluizen scheiden honingdauw af, een kleverige en zoete stof die de mieren erg graag verorberen. Ze beschermen de bladluizen, zodat ze de zoete honingdauw kunnen blijven aftappen.
Slakken. De slijmerige alleseters zijn de opruimtroepen van de tuin. Ze ruimen alle dode organische materialen op en dienen als voedselbron voor andere dieren. Vogels, egels en kikkers zijn absoluut verlekkerd op slakken.
Omdat slakken zich heel snel kunnen voortplanten, kan het dus al snel gebeuren dat er een plaag in de tuin woedt. Zorg dus dat er zeker voldoende predatoren aangetrokken worden: maak schuilhoekjes voor egels, hang vogelhuisjes op om tuinvogels te lokken en zet eventueel aaltjes in om de ergste plaag te verminderen.
Rupsen. De meeste mensen kijken graag naar vlinders, maar zijn geen fan van rupsen. Deze kleine diertjes zijn immers constant bezig met bladeren eten, waardoor er vaak vraatschade ontstaat aan struiken en bomen.
Rupsen zijn echter een belangrijke voedingsbron voor kleine tuinvogels. Bestrijd ze dus zeker niet met chemische middelen, maar verplaats ze naar een plekje waar ze naar hartelust kunnen eten zonder dat jouw pluk- of moestuin hieronder hoeft te lijden.
Wespen spelen een belangrijke rol in de tuin. Ze bestuiven bloemen, ruimen organisch materiaal op en vangen ook op hun beurt andere insecten. Echte krachtpatsers die je dus zeker niet wil verdelgen.
Wespen aan de tuintafel zijn uiteraard minder fijn. Zorg daarom voor een hoekje waar ze naar hartelust kunnen vertoeven zonder dat ze jou overlast bezorgen. Wespen zijn verlekkerd op rijp fruit, maak dus eventueel een hoekje achteraan in de tuin met wat snoeiafval en valfruit. Ze kunnen hier dan eten zonder dat ze jou lastigvallen.
De meestvoorkomende ziekten in de moes- en pluktuin
Echte meeldauw is een schimmel die witte vlekken maakt op de bladeren. Je ziet meeldauw vaak bij courgettes, pompoenen en druiven. Zorg altijd voor voldoende luchtcirculatie, haal dus af en toe een blad weg zodat de overblijvende bladeren sneller kunnen opdrogen.
Op het eind van het seizoen, als de herfst haar intrede doet, is de meeldauw wijd verspreid. Is het echter nog vroeg in het seizoen en wil je meeldauw aanpakken, dan kan je verdunde melk aanbrengen op het blad.
Phytophthora infestans of de tomatenziekte. De ziekte, die eigenlijk een schimmel is, kan grote schade aanrichten aan tomaten- en aardappelplanten in de tuin. De schimmel zorgt voor rot van de bladeren, stengels en uiteindelijk ook de vruchten zelf. Helaas sterft de plant dan volledig af en is de oogst verloren.
Om Phytophthora te vermijden, houd je de planten best zo droog mogelijk. Zorg dat er voldoende luchtcirculatie is in de kas door ramen en deuren constant open te laten staan. Staan de planten in de tuin en niet in een kas? Kijk eventueel om een afdakje te voorzien, zo komt er geen water op de plant terecht. Snoei ook de bladeren die tegen de ramen van de kas groeien of elkaar overlappen. Deze plekken zijn de ideale voedingsbron voor schimmels en dus ook Phytophthora.
Leer meer dankzij onze video's
Wist je dat we ook een goed gevuld YouTube-kanaal hebben? Met meer dan 450 video's hebben we een grote database aan informatie. Neem zeker een kijkje op YouTube en abonneer je, dan blijf je op de hoogte van de nieuwste video's.
In deze video leert Angelo je alles over het bestrijden van slakken in de tuin.
Is bestrijden altijd nodig?
Bestrijden van plaagdieren is dus zeker niet altijd aan de orde. Door het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen doe je vaak meer kwaad dan goed in de tuin en breng je niet alleen schade toe aan het plaagdiertje, maar ook aan de andere insecten en dieren in de tuin. Kies dus altijd voor een ecologische en duurzame aanpak en zaai wat extra gewassen. Zo heb je altijd voldoende zaailingen en planten op voorraad in de moes- of pluktuin.
